Drijfhut – Een drijfhut is een klein tentje dat bestaat uit een U-vormig opblaasbare drijver met daar tussen een plankje waar je een schommelkop, met daarop je camera, kan bevestigen. In het tentje wat daarop staat zitten kijkgaten die je open en dicht kan doen, afhankelijk waar de zon vandaan komt, zodat je niet zichtbaar bent voor vogels. Zelf trek je een waadpak aan zodat je “droog” door het water kan lopen onder je tentje. Dit pak is ook ter bescherming tegen van alles wat er zich onderwater bevind.
Woudaap – de kleinste van de reiger soorten met zo’n 31 tot 36 cm.
Koereiger – kleine reiger soort, met tussen de 45 en 52 cm een stuk kleiner dan de grote zilverreiger.
Jonge Kwak – middel grote reiger met zo’n 58 tot 65 cm
Grote Zilverreiger – grote reiger soort met 85 tot 100 cm en een veel langere snavel dan de de koereiger
Blauwe reiger – meest algemene soort van 90 tot 98 cm
IJsvogel – typische viseter, sterk verbonden aan het water en ongeveer 16 cm groot
Knobbelzwaan – met 140 tot 160 cm de grootste watervogel en een spanwijdte tot wel 240 cm
Dwerg aalscholver – is met 45 tot 55 cm 2 x zo klein als een gewone aalscholver
Klein waterhoen – 17 to 19 cm, zeldzame soort, verstopt zich graag tussen het riet.
Waterhoen – met 32 tot 35 cm veel groter dan de klein waterhoen
Dodaars – met 23 tot 29 cm de kleinste van de futen soort.
Wilde eend – deze jonge eend was een vaste bezoeker van de set van klein waterhoen, die er helaas ook voor zorgde dat deze minder verscheen, we hebben haar Betty genoemd.
Tafeleend
Witoogeend
Meerkoet
Fuut
Einde van een mooie vakantie